Een tektonische aardbeving is een trillende beweging van de aarde die wordt
veroorzaakt door de beweging van tektonische platen. De aardkorst bestaat
uit een aantal grote platen die langzaam ten opzichte van elkaar bewegen.
Wanneer deze platen langs elkaar schuiven, onder elkaar duiken of uit elkaar
drijven, kan er spanning en druk ontstaan in de aardkorst. Wanneer deze
spanning te groot wordt, kan deze leiden tot een aardbeving.
De meeste tektonische aardbevingen vinden plaats langs breuklijnen, waar twee
tektonische platen elkaar ontmoeten en langs elkaar bewegen. Wanneer deze
platen vastzitten en de spanning opbouwt, kan er plotseling een scheur
ontstaan en kan de energie die is opgebouwd in de vorm van golven door de
aarde worden gestuurd. Deze golven kunnen leiden tot het trillen en schudden
van gebouwen, bruggen en andere structuren op het aardoppervlak.
Tektonische aardbevingen kunnen variëren in grootte en kracht, afhankelijk van
de hoeveelheid spanning die is opgebouwd en de locatie van de breuklijn. Kleine
aardbevingen kunnen nauwelijks worden gevoeld, terwijl grote aardbevingen
catastrofale gevolgen kunnen hebben, zoals verwoesting van gebouwen, bruggen en
infrastructuur, evenals verlies van levens en letsel. Het begrijpen van de
oorzaken en effecten van tektonische aardbevingen is van cruciaal belang voor
het ontwikkelen van effectieve maatregelen om de veiligheid van de mensheid te
waarborgen in aardbevingsgevoelige gebieden.